Als een klein kind kijk ik hier al maanden naar uit. We zijn in de Fossilienbesuchersteinbruch in Mühlheim en hebben goede hoop om wat fossielen te vinden. In steengroeves zoals deze liggen de stukken gesteente waar fossielen in te vinden zijn voor het oprapen.
In een schaduwhoekje ga ik zitten, pak ik een plak kalksteen en zet ik voorzichtig mijn beitel op iets wat ik denk dat het een spleetje kan zijn. Hier kan ik de plak hopelijk met beleid splijten. Kleine tikjes en klopjes zijn genoeg. Te hard “rammen” zorgt juist voor stukken die er afvliegen als ongeleide projectielen.
Solnhofener kalksteen – Jura
We zoeken tussen platen kalksteen van de Mörnsheim formatie welke bovenop de grotere en oudere Altmühltal formatie ligt. Dit is Solnhofener kalksteen, geologisch bekend als de Altmühltal formatie. Hier stappen we terug de Jura periode in. Pakken we de geologische schaal erbij dan zien we dat de periode Trias (wordt geassocieerd met de opkomst van de dinosauriërs) overliep naar de Jura (relatief de hoogtijdagen van de dinosauriërs) van ongeveer 201,3 tot 145 miljoen jaar geleden, het begin van het Krijt (het begin van het einde voor de dinosauriërs). Deze drie periodes zijn samen het geologische tijdvak of era Mesozoïcum. Dit specifieke kalksteen is uit het Boven-Jura zo’n 161 tot 145 miljoen jaar oud. Het is ook in dit Solnhofener kalksteen dat er meerdere fossielen van de Archaeopteryx door de afgelopen decennia gevonden. De ‘Urvogel’ wordt door de meeste paleontologen gezien als de oudst bekende vogel.
Kleine vondsten, grote vreugde
In de brandende zon, die ons genadeloos rood probeert te branden op onze blote armen en benen, hakken, tikken en kloppen wij geduldig maar nieuwsgierig verder. Met elke vondst glimmen onze ogen. “Wat gaaf” zeggen we woordeloos tegen elkaar. Enthousiast gaan we verder; met hamer en beitel voelen we ons als fervente fossielenjagers, ondanks er geen “jagen” bij komt kijken (niets ‘Jurassic Park’-achtigs) en dat wij enkel weten wat we weten door de informatie panelen uitgestald in de groeve. Een voor een struinen we de groeve af op zoek naar veelbelovende platen, denkende dat we na ruim een uur een idee hebben hoe een ‘volle’ plaat eruit zou kunnen zien. We zijn nog een tandje voorzichtiger geworden met tikken; een foute of te harde tik kan betekenen dat je per ongeluk een mooi bewaarde ammoniet door tweeën splijt.
Bij het verlaten van de groeve laten we onze vondsten zien aan de opzichtster. Ze bekijkt het zeer vluchtig van een afstandje, dit is voldoende om te zien dat wij geen (grote) goed bewaarde fossielen van bijvoorbeeld vissen, reptielen of zelfs een Archaeopteryx (de oervogel/Urvogel) meenemen. Hier hebben we bij entree voor getekend: alle grote vondsten dienen we achter te laten en als we het niet zeker weten moeten we het laten controleren. Echter, elke vondst die we vandaag hebben gemaakt is speciaal in zijn soort voor mij. Dit is precies waarom ik hier heen wilde. Met mijn handen bezig terwijl ik historie langzaam en voorzichtig ‘openbreek’.
Wat we meenemen zijn (verschillende) ammonieten en (waarschijnlijk) delen van slangsterren. Bij een andere steengroeve zijn onze vondsten vooral klein, zoals schitterend calciet, kleine “Haarsterne” (ofwel zeelelies (Crinoidea) en dendrieten.
De mooie vertakkingen van dendrieten doen je denken aan wieren of ander plantaardig materiaal, echter is het een afzetting van ijzer- en mangaanmineralen. Een dendriet is een kristalhabitus welke zich op natuurlijke wijze vormt in spleten van gesteente en zien er heel fraai uit.












Rijke bodem
Van alle fossielen die op aarde aanwezig zijn ligt het merendeel niet aan het oppervlak om zomaar te zien of te ontdekken. De bodem is rijk en verteld onze aardgeschiedenis. Recht onder onze voeten liggen miljoenen jaren vastgelegd. Des te bijzonder het is om op een plek te zien waar we wel gemakkelijk Het is echter niet vanzelfsprekend dat alles wat leeft of heeft geleefd überhaupt eindigt als fossiel. Er wordt geschat dat minder dan één-tiende van 1% gefossiliseerd is geraakt van alle soorten die de aarde ooit heeft bewoond. Meer hierover is te lezen in dit interessante artikel van de BBC “How can I become a fossil”. https://www.bbc.com/future/article/20180215-how-does-fossilisation-happen
Hoe, wat, waar en meer
Wij verbleven in ons camperbusje op Zeltplatz Hammermühle gelegen nabij de rivier Altmühl wat een fijne uitvalsbasis was voor het bezoeken van verschillende steengroeves en enkele wandelingen. De Altmühltal-Panoramaweg (200 km) loopt langs deze camping.
Fossilienbesuchersteinbruch in Mühlheim – https://www.besuchersteinbruch.de/
Hier hebben we het meeste gevonden, vooral Ammonieten, groot en klein. Hamer en beitel ter plaatse te huur.
Fossiliensteinbruch für Hobbysammler auf dem Blumenberg – https://fosseb.de/
Hier hebben we vooral veel gezocht, veel kleins gevonden. We hebben wel veel fraaie dendrieten gevonden waarvan ik er één minutieus aan het “uithakken” was, overtuigd dat het een soort groot wier was.
Deze steengroeves hebben wij niet bezocht, maar zijn wel in de buurt:
- Hobby-Steinbruch Solnhofen – https://en.naturpark-altmuehltal.de/freizeit/a-z/hobby-steinbruch_solnhofen-19262/
- Tittinger Fossiliensammelstelle – https://en.naturpark-altmuehltal.de/freizeit/a-z/fossiliensammelstelle-694/
- Fossiliensteinbruch Schamhaupten – https://en.naturpark-altmuehltal.de/freizeit/a-z/fossil_stone_quarry_schamhaupt-27/
Wat te doen in Natürpark Altmühltal
Wij waren op zeer langzame doorreis naar Oostenrijk, en deze tussenstop van enkele dagen was vooral gericht op het bezoeken van verschillende ‘Hobby Steinbrüche’ op zoek naar fossielen. Daarnaast hebben we heerlijk gewandeld in de buurt van onze camperplaats. Echter is er nog zoveel meer te doen en te ontdekken (zoals kanoën) dat wij deze bestemming in ons achterhoofd houden bij het plannen van toekomstige tripjes.
Benieuwd? Er is veel informatie te vinden op de website van Natürpark Altmühltal. https://en.naturpark-altmuehltal.de/